Informatie voor bedrijven

Beroepspraktijkvorming

Het Da Vinci College leidt (jonge) professionals op voor de regionale arbeidsmarkt. Dit doen we samen met het bedrijfsleven. De beroepspraktijkvorming (ook bekend als BPV of stage) is van essentieel belang voor mbo-studenten omdat het hen de kans biedt om de theorie die ze op school leren in de praktijk toe te passen. Door ervaring op de werkvloer, ontwikkelen studenten praktische beroepsvaardigheden, ontwikkelen zij persoonlijke vaardigheden en krijgen zij goed inzicht in het werkveld. De beroepspraktijkvorming is belangrijk voor de arbeidsmarktontwikkeling in de regio. De studenten van nu zijn de vakmensen in de toekomst.

Erkend leerbedrijf worden

De beroepspraktijkvorming is een belangrijk onderdeel van onze mbo-opleidingen. Daarom is er altijd behoefte aan goede stageplaatsen en leerbedrijven. In Nederland mogen mbo-studenten alleen stage lopen bij een erkend leerbedrijf. Een leerbedrijf worden, dan vraagt u  de erkenning aan bij de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Om leerbedrijf te worden moet u eerst een erkenning aanvragen. In deze video wordt uitgelegd wat er voor nodig is om een erkend leerbedrijf te worden.

De erkenning wordt afgegeven per opleidingscrebo. Wilt u samenwerken met het Da Vinci College, zorg ervoor dat u de erkenning aanvraagt voor een van de studies die wij aanbieden. Uiteraard kunnen onze BPV-contactpersonen ook helpen bij het aanvragen van de juiste erkenning.

Subsidieregeling Praktijkleren

De subsidie Praktijkleren is een tegemoetkoming in de kosten die een werkgever maakt bij de begeleiding van een student. De overheid heeft deze regeling in het leven geroepen om werkgevers te stimuleren om meer praktijkleerplaatsen te realiseren. De begeleiding van deze studenten kan flink wat tijd en extra geld kosten en dus kunnen erkende leerbedrijven hier jaarlijks subsidie voor aanvragen.

Subsidie Praktijkleren voor schooljaar 2023-2024 aanvragen? Dat kan tot en met 17 september 2024 en deze aanvraag dien je in bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

Informatie

Verschillende leerwegen

Hoeveel uren per week een student besteedt aan beroepspraktijkvorming, hangt af van het type opleiding. Er is verschil tussen BOL (stage/leren) en BBL (werken/leren).

BOL

In de beroepsopleidende leerweg (BOL) volgt de student lessen op school afgewisseld met stageperiodes. De student ontvangt studiefinanciering als hij/zij boven de 18 is en heeft een OV studentenkaart. De student werkt in het algemeen niet tijdens de schoolvakanties, tenzij dat anders is overeengekomen met het stagebedrijf.

  • BOL-opleiding gelden de volgende normen:
    • 1-jarige mbo 2 of mbo 4 specialistenopleiding: minimaal 250 uur per jaar.
    • 2-jarige mbo 2 of mbo 3 opleiding: minimaal 450 uur in totaal
    • 3-jarige mbo 3 of mbo 4 opleiding: minimaal 900 uur in totaal.
BBL

In de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) is er sprake van een leer(werk)baan. De student leert het vak in de praktijk en komt gemiddeld 1 dag in de week naar school voor algemeen vormende vakken. De student heeft geen studiefinanciering en volgt niet de officiële schoolvakanties; hij/zij regelt dit met zijn werkgever.

  • BBL-opleiding: 610 uur per leerjaar.

Praktijkovereenkomst

In de beroepspraktijkovereenkomst (BPOV) leggen we de afspraken tussen student, leerbedrijf en de onderwijsinstelling vast. Deze overeenkomst specificeert de leerdoelen, de begeleiding en de voorwaarden waaronder de stage of leerwerkplek wordt uitgevoerd.

ROL PRAKTIJKOPLEIDER

Begeleiding van stagiaires en leerwerkstudenten vraagt om een enthousiaste en deskundige praktijkopleider op de werkvloer. Hij of zij kent de eisen van de opleiding en organiseert zo veel mogelijk praktijksituaties die de student ook in diens latere beroep zal tegenko­men. Als eerste aanspreekpunt coacht de praktijkopleider de student bij de ontwikkeling tot een zelf­standig functionerende werknemer.

Een goede praktijkopleider heeft verantwoordelijkheidsgevoel, organisatietalent en het gevoel om met mensen te werken. Naast het contact met de student onderhoudt de praktijkopleider contact met de BPV-begeleider op school. De SBB biedt tips en een breed scala aan trainingen en hulpmiddelen. Jij kiest de manier van leren en ondersteuning die bij jou past. Meer weten? Kijk hier.

De volgende zaken komen aan de orde bij het begeleiden van studenten;

  • Een inwerkprogramma maken;
  • De beginsituatie en leerbehoefte van de student vaststellen;
  • In overleg met de student de leeractiviteiten bepalen;
  • Een plan opstellen, met de volgorde en het tijdpad van de leeractiviteiten;
  • Contacten onderhouden met de BPV-begeleider van school;
  • De student op de werkvloer opleiden;
  • Het leerproces van de student bewaken en sturen;
  • Begeleidings-of voortgangsgesprekken met de student voeren;
  • De voortgang in het leerproces van de student beoordelen;
  • De BPV-periode evalueren.

ROL BPV-BEGELEIDER

Vanuit school ondersteunen we de student met het uitvoeren van de BPV-periode. Elke student krijgt een BPV-begeleider aangewezen die het verloop van de stage monitort en de student begeleidt en beoordeelt tijdens de beroepspraktijkvorming bij een bedrijf.

Stagepact mbo

Samen met vertegenwoordigers van studenten, mbo-scholen, docenten, werknemers, werkgevers, gemeenten en ministeries heeft SBB in februari 2023 het Stagepact mbo 2023-2027 ondertekend. In het Stagepact staan afspraken om er samen voor te zorgen dat alle studenten een stage of leerbaan krijgen met de juiste begeleiding en goede voorwaarden. Ook voorziet het stagepact in de uitbanning van stagediscriminatie en een eerlijke beloning van stagiaires.

CONTACT

Heeft u vragen over een lopende BPV dan verzoeken wij u eerst contact op te nemen met de aangewezen BPV-begeleider van de student. Voor algemene vragen over BPV kunt u terecht bij: